De opkomst van Chinese merken als Huawei, OnePlus, Oppo en Xiaomi

23 november 2019 + 10 minuten 1 Reacties
huawei-p30-pro-foto-1

De traditionele smartphonemerken hebben het moeilijk. Chinese merken beginnen in rap tempo ook in ons land te verschijnen. Huawei, OnePlus, Xiaomi en Oppo bestormen de Nederlandse markt.

De recente discussie over Huawei en het Amerikaanse verbod waardoor het merk niet langer Android mag gebruiken focuste de aandacht op een nieuw fenomeen: de snelle opkomst van Chinese smartphonefabrikanten. Naast Huawei willen ook merken als OnePlus, Oppo en Xiaomi je weglokken van vaste waardes als Apple en Samsung. En dat lijkt hen nog aardig te lukken ook.

Laten we heel eerlijk zijn. De huidige smartphone is eigenlijk compleet. Waar de ontwikkelingen enkele jaren geleden nog razendsnel gingen, daar kun je op dit moment met een goedkope midranger net zo goed internetbankieren, whatsappen of YouTube-video’s bekijken als op het duurste vlaggenschip. Het beeldscherm is iets minder scherp en je maakt wellicht iets minder mooie foto’s, maar dat is voor de meeste mensen meestal geen probleem. Ook veeleisende gamers kunnen op de Xiaomi Mi 9T, een toestel van 300 euro,  de nieuwste games als Fortnite en Call of Duty: Mobile vloeiend spelen. Als gamer heb je dus ook geen toestel van 1000 euro meer nodig. Vernieuwing zit hem vandaag de dag met name in grotere accu’s, snelladen, meer camera’s en vingerafdruksensoren onder het scherm. De smartphone zelf verandert er niet tot nauwelijks door. Noemen we dit dan gebrek aan innovativiteit bij de nieuwste modellen? Of is de smartphone gewoon compleet?

Samsung en Apple zijn jarenlang de twee grootste spelers in Nederland geweest als het gaat om smartphones. Alhoewel beide fabrikanten uitstekende telefoons maken, zijn de prijzen ook steeds verder gestegen. Ieder nieuw toptoestel werd duurder en duurder. In 2011 verscheen de Samsung Galaxy S II, het topmodel van dat moment, voor 599 euro in de winkels. Voor de nieuwste smartphones van nu ben je bij beide merken al snel het dubbele kwijt. De nieuwe iPhone 11 Pro Max van Apple is beschikbaar vanaf 1259 euro. Kies je voor de versie met 512 GB, dan ben je 1659 euro kwijt. De Samsung Galaxy Note 10+ is verkrijgbaar vanaf 1099 euro. We hebben het hier over erg veel geld. En in hoeverre kun je nu meer met deze dure toestellen dan met een smartphone van 300 a 400 euro? Dat valt in de praktijk dus erg tegen.

Prijsvechters

Zie hier de opkomst van de prijsvechters. Huawei was de eerste Chinese fabrikant die enkele jaren geleden de overstap naar de Westerse wereld maakte. Het bedrijf koos voor een agressieve strategie door smartphones in de markt te zetten voor een veel lagere prijs dan de concurrenten. En die toestellen bleken net zo goed, zo niet beter, dan de toptoestellen van de gevestigde merken. Opvallende designs, unieke functies en een uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding is hoe de concurrentie met de gevestigde orde werd aangegaan.

Consumenten reageerden in eerste instantie wat terughoudend op het merk met de rare naam. Voor een groot deel speelden vooroordelen een rol. Het label ‘Made in China’ stond voorheen altijd voor troep en slechte kopieën. Dit vooroordeel was voorheen ook altijd waar. Goedkope smartphones van Aliexpress bleken niets anders dan slechte kopieën die al uit elkaar vielen als je er naar keek. En toen was daar ineens Huawei met kwalitatief goede smartphones. De omschakeling bij consumenten duurde dan ook even. In het begin werd er lacherig gedaan over de naam. Hoe spreek je dat nu uit? Hoeawei? (Het is overigens Wah-weh). Al snel ontdekten consumenten dat we hier wel degelijk met kwaliteit te maken hadden en werd het merk steeds populairder. Inmiddels is het zelfs Apple voorbij gestreefd qua verkopen in de Westerse landen.

Alhoewel Huawei inmiddels al lang geen prijsvechter is, komt vrijwel iedere Chinese fabrikant met dezelfde strategie. De eerste toestellen op de Westerse markt bieden nagenoeg dezelfde mogelijkheden als de toptoestellen van gevestigde merken. De Chinese fabrikanten voegen daar enkele unieke aspecten aan toe, maar zetten het toestel dan voor een veel lagere prijs in de markt. De zogenaamde ‘flagship killers’ worden ze ook wel genoemd. OnePlus heeft dezelfde strategie gevolgd met de eerste toestellen. Naarmate de merken meer voet aan de grond krijgen in Nederland worden de volgende toestellen langzaam steeds duurder. De fanbase is er tenslotte al, maar de unieke functies en opvallende designs zijn gebleven.

De nieuwe lichting

Ook andere Chinese merken hebben sinds kort de overstap naar de Westerse wereld gemaakt. Xiaomi doet dat met dezelfde strategie als Huawei en OnePlus. Het merk kiest voor betaalbare toestellen met een uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding. De Xiaomi Mi 9 was op vrijwel alle vlakken een echt vlaggenschip met uitstekende hardware, maar dan voor nog geen 500 euro. Ook op het gebied van budgettoestellen timmert de fabrikant uitstekende aan de weg. Voor ongeveer 250 euro krijg je voor een relatief klein bedrag ook gewoon vier camera’s, een groot display en een krachtige accu tot je beschikking.

Ook Motorola moeten we hierbij vermelden. De smartphonedivisie is sinds 2014 in handen van het Chinese merk Lenovo en heeft met de Moto G-serie ook voet aan de grond in de Benelux gekregen. De toestellen van Motorola zijn zeer betaalbaar, beschikken over een uniek design en hebben met de Moto Mods, actiecamera’s en grote batterijen ook een eigen gezicht.

Oppo heeft vorig jaar de overstap gemaakt naar de Benelux met de Oppo Find X, een futuristisch toestel met een uniek design. Design is bij Oppo erg belangrijk. Wie een uniek toestel qua behuizing zoekt komt al snel bij Oppo uit met de schuine pop-up camera, een display zonder randen en volledig in de behuizing weggewerkte camera’s. De nieuwe toestellen in de Reno-serie, zoals de Oppo Reno 2, komen met een compleet pakket aan accessoires, zoals oordopjes, een screenprotector en een hoesje. Daarnaast is fotografie erg belangrijk door de smartphones uit te rusten met veelzijdige cameramogelijkheden. Oppo kiest niet zozeer voor een lage prijs, maar richt zich voornamelijk op een complete ervaring voor de consument.

Verliezers in smartphoneland

De opkomst en populariteit van Chinese merken in de Benelux kent ook verliezers. Voorheen populaire merken als LG en Sony hebben het erg zwaar door de Chinese concurrentie, om over voormalig smartphone-grootmacht HTC nog maar te zwijgen. De toestellen van deze fabrikanten zijn zeker niet slecht, maar ze missen vaak iets extra’s. Wat ook belangrijk is zijn software-updates. Consumenten vinden het belangrijk dat ze beschikken over de nieuwste beveiligingsupdates om de eigen smartphone veilig te kunnen gebruiken, bijvoorbeeld tijdens het internetbankieren. Ook is het fijn om geen jaar te hoeven wachten op de nieuwste Android-versie. Deze drie merken schieten dan ook voornamelijk tekort op het gebied van de updates. En dat is nog een punt waar de Chinese fabrikanten een flinke winst hebben weten te pakken ten opzichte van deze voormalige grote spelers. Met name Huawei, OnePlus en Xiaomi hebben het op het gebied van software-updates uitstekend voor elkaar.

De ban op Huawei

Zoals we ongetwijfeld allemaal weten verkeert Huawei op dit moment in zwaar weer. De Verenigde Staten beschuldigen Huawei van spionage voor de Chinese overheid. De consument kent Huawei voornamelijk vanwege de smartphones. Het bedrijf is echter ook verantwoordelijk voor het netwerk van onder andere KPN en T-Mobile. Ook in andere landen is Huawei een grootmacht als het gaat om de kennis, software en apparatuur op het gebied van telecommunicatie. Complete netwerken worden aangelegd en onderhouden door de Chinese multinational. Dit is veel Westerse landen een doorn in het oog. Niet alleen is men bang voor spionage, maar China krijgt simpelweg teveel macht op het wereldtoneel.

Tussen de Verenigde Staten en China is al tijden een handelsoorlog aan de gang. Dit heeft er dan ook toe geleid dat president Trump ervoor gekozen heeft om Amerikaanse bedrijven te verbieden met een aantal Chinese bedrijven zaken te doen. Huawei mag hierdoor geen zaken meer doen met Google. De nieuwste smartphones van Huawei zijn dan ook niet voorzien van Google-apps. Een smartphone zonder Google-apps is voor veel Westerse consumenten ondenkbaar, want je mist onder andere Gmail, Google Maps en de Play Store. Huawei brengt dus voorlopig ook geen Huawei Mate 30 (Pro) uit in de Benelux. Het bedrijf is druk bezig om een eigen besturingssysteem te ontwikkelen, maar dit lijkt gedoemd om te falen in de Westerse wereld zonder het gebruik van Google-apps.

De toekomst

Wat verwachten we in de toekomst van de Chinese merken? We verwachten dat de ban op Huawei het komende jaar weer van tafel gaat, in ieder geval wat betreft de smartphones van de Chinese fabrikant. Qua telecommunicatienetwerken is het een ander verhaal. Huawei is inmiddels zo verweven in veel netwerken, dat een algehele blokkade eigenlijk helemaal niet kan werken. Het onderhoud aan de netwerken moet wel doorgaan. Daarom heeft Huawei tot nu toe ook steeds een tijdelijke ontheffing gekregen van de Verenigde Staten. In veel staten draaien complete netwerken op apparatuur van het Chinese bedrijf, wat natuurlijk niet zomaar even gestopt kan worden. Huawei mag dan ook wel deze werkzaamheden voorzetten, maar bijvoorbeeld geen nieuwe netwerken aanleggen of nieuwe smartphones uitbrengen. Deze situatie is dan ook onhoudbaar. De tijdelijke ontheffing loopt op 19 november weer af, dus we zullen zien waar dit toe gaat leiden.

Ook Amerikaanse bedrijven zijn niet blij met deze blokkade. Zij verliezen ook geld doordat er geen zaken gedaan mogen worden. Ook Google schijnt volop te lobbyen om de blokkade van tafel te krijgen. Huawei is inmiddels zo groot, dat ze helemaal niet zitten te wachten op een nieuwe concurrent voor Android. En daarnaast valt er op dit moment natuurlijk één van de marktleiders voor ze weg waar ze geen Google-apps en services aan mogen leveren. Ik verwacht dat Huawei dan ook sterker terugkomt dan ooit, helemaal met wat we tot nu toe gezien hebben van het nieuwe vlaggenschip Mate 30 Pro. De angst voor spionage zal echter blijven. Voorlopig zal dit geen rol gaan spelen bij de andere Chinese merken. Zij leveren en onderhouden geen netwerken, waardoor de angst voor spionage hierbij voorlopig geen rol zal spelen. Mocht de handelsoorlog verder uit de hand lopen en president Trump krijgt het op zijn heupen, dan weet je echter maar nooit wat er kan gebeuren.

Wat verwachten we qua marktaandeel van de andere Chinese fabrikanten? OnePlus heeft een grote groep trouwe fans die steevast ieder jaar een nieuw toestel van het merk koopt. Die zullen dat voorlopig ook gewoon blijven doen. Aangezien OnePlus voornamelijk de wat meer high-end toestellen maakt, zullen ze de grote massa voorlopig niet echt aanspreken. De meeste consumenten hoeven geen vlaggenschip, maar kopen een toestel van 200 a 300 euro. Xiaomi heeft wat dat betreft betere papieren doordat ze met name actief zijn in het budget- en middensegment, maar moet oppassen niet teveel hooi op de vork te nemen. Het bedrijf brengt erg veel verschillende smartphones op de mark. Misschien wel een beetje teveel, want nu met de introductie van Android 10 zien we dat ze de stroom aan updates naar al die verschillende toestellen niet helemaal aankunnen. Oppo maakt uitstekende smartphones met een mooi design, maar heeft een beter updatebeleid nodig om echt een impact te kunnen maken. Ditzelfde geldt ook voor Motorola, waarbij vooral de consistentie mist. Het ene toestel krijgt vaker updates dan een ander toestel binnen dezelfde serie.

We verwachten dus met name veel van Xiaomi de komende tijd, doordat zij toestellen maken voor de grote massa. Ook Huawei zal niet zomaar verdwijnen van onze markt, maar heeft wel betere tijden nodig om weer te kunnen groeien. Hoe langer de ban zal aanhouden, des te beter is het voor de andere Chinese fabrikanten die de plek van Huawei nu kunnen overnemen. En dat is waar OnePlus, Xiaomi en Oppo druk mee bezig zijn. Het is gedaan met de Chinese troep. OnePlus, Xiaomi, Oppo en Motorola laten zien dat ze de strijd met de gevestigde merken aankunnen.

Reacties (1)